‘We hebben vaak een beetje strijd’

In Nederland moet je behoorlijk assertief zijn om goed geholpen te worden bij de huisarts, vinden Sacha (54) en Lilian (54). Vroeger in Servië was dat anders. Om niet te snel afgescheept te worden, bereidt Lilian zich goed voor als ze naar de huisarts gaat.

‘We hebben vaak een beetje strijd’

In Nederland moet je behoorlijk assertief zijn om goed geholpen te worden bij de huisarts, vinden Sacha (54) en Lilian (54). Vroeger in Servië was dat anders. Om niet te snel afgescheept te worden, bereidt Lilian zich goed voor als ze naar de huisarts gaat.

‘Als de huisarts meewerkt, ben ik blij. Maar een echt ‘wow-moment’ hebben we eerlijk gezegd nooit gehad’, zegt Lilian. ‘Nu ik weet hoe ik het beste kan communiceren, gaat het beter. Ik bereid me goed voor en ik leg uit wat ik allemaal al zelf heb gedaan aan mijn kwaal. Zo laat ik me niet te snel afschepen. Het contact is nu beter. Al is er vaak ook een beetje strijd.’

Verwijzing kinderarts

Lilian en Sacha vertrokken in 1993 vanwege de oorlog uit Belgrado naar Amsterdam. Waar ze nu al 21 jaar wonen. Sacha is als zzp’er beheerder van een aantal panden. Liliane werkt als kapster. Hun dochter is het huis uit. Zoon Marko (22) woont nog thuis. Met hem zijn ze vaak bij de huisarts geweest. Sacha: ‘Toen hij een jaar of twee was, zagen we dat het niet goed met hem ging. Hij bleef achter in zijn ontwikkeling. Hij huilde veel, was onrustig en wilde niet eten. Dag en nacht waren we bezig met hem bezig. We gingen veel naar de huisarts. We wilden maar één ding; een doorverwijzing naar de kinderarts. Na veel gedoe kregen we die. Wat schreef de arts in de brief? “Moeder is niet in staat om kind het juiste eten te geven”. In het ziekenhuis hadden we onze jas nog niet uit toen de kinderarts zei: “uw kind heeft Coeliakie ”. De huisarts had nooit dat verband gelegd. Tot zijn 18e is Marko onder controle gebleven bij die kinderarts. Daar kwam de huisarts niet meer aan te pas.’

Terechtgewezen

Marko kreeg ook Roodvonk. Lilian: ‘Dat is gevaarlijk. Maar de huisarts wilde geen antibiotica geven. Ik wilde geen ruzie. Daarom belde ik de Spoedeisende Hulp. Daar kreeg hij het wel. De huisarts belde ons boos op om te zeggen dat hij het er niet mee eens was. We voelden ons echt terechtgewezen. Toen zijn we een hele tijd niet meer geweest. Maar ik leerde ervan dat je voor jezelf moet opkomen als patiënt. Anders krijg je niet wat je wil. “Niks aan de hand”, ”kijk het nog even aan”, dat zeggen ze hier in Nederland wel heel snel. Toen we voor het eerst na vier jaar weer naar Servië gingen, had onze dochter die toen vier was, een blaartje op haar arm. “Niks ergs ”, zei de huisarts. Maar onderweg in Duitsland was de blaar opeens enorm, haar halve arm helemaal rood. Wij naar het ziekenhuis. Het bleek een of andere bacterie. We kregen antibioticazalf, moesten de wond iedere twee uur schoonmaken, telkens andere kleren aan. Hoe was het afgelopen als we niks hadden gedaan?’

Prettig gesprek

Zoon Marko gaat inmiddels meestal zelf naar de huisarts. Maar soms belt Liliane dan even voor de afspraak, om de huisarts voor te bereiden. ‘Hij komt er regelmatig, soms wel twee keer per maand. Hij heeft meerdere aandoeningen. Zoals epilepsie en een vertraagde schildklier. Sinds zijn 18e is hij niet meer in behandeling bij de kinderarts. Nu onze huisarts met pensioen gaat, volgt een vrouwelijke huisarts hem op. In Marko’s dossier staat alle informatie. Maar voor hem is het extra van belang dat de relatie goed is. Dus heb ik haar onlangs gebeld en bijgepraat over onze zoon. Dat was een prettig gesprek, zij zei ook dat ze het waardeerde. Ze lijkt me een aardige dokter.’


‘“Kijk het nog even aan”, dat zeggen ze hier wel heel snel’

Praktijk In Gezondheidscentrum:

  • 7 huisartsen
  • 8 assistenten en verschillende POH GGZ en somatiek

Meer informatie over huisartsenzorg vind je op www.patientenfederatie.nl/huisartsenzorg